11 Januari
'We hebben laten zien dat we echt wel kunnen voetballen in Rozenburg' Henri Hecker ziet tweede seizoenshelft met vertrouwen tegemoet Henri Hecker :'Ik heb deze week een gesprek met de nieuwe geformeerde technische commissie over mijn contractverlenging en ik hoor graag van hen hoe zij over de toekomst denken'. (Foto Rob Kamminga)
Door Jan Schoonen Toen de competitie begon legden we ineens wél aanvaardbaar voetbal op de grasmat. Weliswaar verloren we de eerste wedstrijd van MVV’27, maar het spel was goed. Dat bleek de volgende wedstrijden wel: van ploegen, waarvan we dachten dat we geen kans hadden, pakten we de punten. Toen we dachten dat we de boel op de rails hadden, verloren we plots van Honselersdijk, dat op dat moment thuis nog geen enkel punt had. Ik had voorafgaande aan die wedstrijd nog tegen de jongens gezegd dat als we die ploeg zouden verslaan, we een flink gat met hen zouden slaan, maar door gebrek aan scherpte gaven we de punten weg. Het begint in het veld allemaal met concentratie. Mandekkers moeten spelers geen meter ruimte geven, maar als ze dat ineens wel gaan doen, sta je als trainer langs de kant machteloos. Ik moet zeggen dat ik in die beginperiode ook niet bepaald rustig op de bank zat. Ik was onrustig, keek nog teveel als voetballer naar de wedstrijd. Het zit niet in mijn aard om uit mijn dak te gaan, maar ik was er in het begin van het seizoen toch te veel als speler mee bezig, ik zat me op de bank te verbijten. Een trainer moet afstand nemen, tijdens de wedstrijden heb je er toch minder invloed op als je aan de kant staat.’’ Rozenburg staat nu op de achtste plaats in de tweede klasse D met vijftien punten uit dertien wedstrijden en dat is toch wel wat Hecker vooraf hoopte. ,,Maar als je weet tegen wie we punten behaalden en van wie we verloren, moet je toch vaststellen dat er meer in had gezeten. We verliezen niet alleen van Honselersdijk, maar ook van HVO en Monster, ploegen die nu onder ons staan. En van Monster, Lyra en ’s-Gravendeel pakken we punten! Maar als je weet dat vier, vijf jongens op de toppen van hun tenen lopen, kan ik over de eerste seizoenshelft toch wel tevreden zijn, hoewel er meer in had gezeten.’’ Trainer zijn van een eerste elftal vindt Hecker minder moeilijk dan van een tweede elftal. ,,Bij een tweede elftal ben je veel meer afhankelijk van allerlei dingen’’, zegt hij. ,,Bijvoorbeeld van de opkomst op trainingsavonden. Als je nu ziet dat er voor het tweede van Rozenburg slechts vijf vaste spelers zijn, jongens die ik bij het eerste ook wel eens inzet, is dat niet best. Het mooiste zou zijn als Rozenburg in de toekomst een club is met spelers, vooral afkomstig uit eigen geledingen. Ik denk dat er nog een lange weg te gaan is, hoewel er in de A-jeugd wel een leuke lichting aankomt. Ik heb deze week een gesprek met de nieuw geformeerde technische commissie over mijn contractverlenging en ik hoor van hen graag hoe ze over die toekomst denken. Rozenburg moet in mijn ogen geen ‘duiventilvereniging’ worden, waar elk jaar veel spelers komen en gaan. Je moet voor continuïteit zorgen; voor Rozenburg is het van belang om geen groot verloop te krijgen. Ik hoor wel of ze met me willen doorgaan, maar als hun toekomstbeeld strookt met wat ik wil, dan wil ik hier graag blijven.’’ Over de tweede seizoenshelft, die zaterdag aanvangt met een thuiswedstrijd tegen Stellendam, is Hecker niet somber gestemd. ,,We hebben laten zien dat we echt wel kunnen voetballen. We moeten zaterdag winnen, maar zo denkt Stellendam er ongetwijfeld ook over.’’ Er zal één ingrijpende verandering plaats gaan vinden in het eerste elftal van de bewoners van Sportpark West. ,,Sander Bosveld, die na vorig seizoen besloten had te stoppen, is er weer bij. Niet elke wedstrijd, maar als zijn werk het toelaat, zal hij er zijn. Dat is mooi, want Sander is een waardevolle speler voor dit elftal. Hij kan het verschil maken en voor iedere trainer is het een genot om zo’n speler er bij te hebben. Zijn terugkeer zal ten koste gaan van iemand anders, maar ik denk dat dit geen problemen gaat opleveren. Sander is een positieve jongen, ook naar de groep en dan wordt het gemakkelijk geaccepteerd als hij zijn rentree maakt. Van Lennart van Kalker, een speler die ik al weken niet gezien heb, zal dat minder makkelijk geaccepteerd worden. Ook Lennart wil ik er graag weer bij hebben, maar dan zal hij wel moeten beseffen dat je voetballen met zijn allen doet. Hoe dan ook; ik zie de tweede seizoenshelft met vertrouwen tegemoet.’’
| ||